Tom Lanoye - HET MOET NIET MOOI WORDEN
Vrijdag 13 februari 2009

– "Weet u het zeker?", vroeg de medewerker van Museum Meermanno toen ik hem telefonisch te verstaan had gegeven graag de gelimiteerde versie van de catalogus bij de tentoonstelling van Tom Lanoye wilde bestellen.

– "U weet wat u voor die vijftig euro krijgt?", drong de man nog eens aan.

Hij had natuurlijk willen zeggen "wat u slechts voor die vijftig euro krijgt?" maar dat gaf natuurlijk geen pas als je aan die kant van de telefoon zit. Ik zag een oudere heer voor me die met lede ogen aanzag waar het wel niet heen ging met zijn Meermanno. Hoofdschuddend heeft hij ongetwijfeld naar die gelimiteerde Tom Lanoye staan kijken voordat hij het geheel inpakte en op de bus deed.

Niet dat ik heb staan hoofdschudden maar ik moet wel bekennen dat ik verbaasd was toen ik vandaag het pakketje van Meermanno met de catalogus van Lanoye opende.

Uit de standaardverpakking van de TNT pakketpost viel een hersluitbaar diepvrieszakje met daarin, ja wat eigenlijk? Een kleine, niet complete opsomming: een knaap van een spijker (vijftien centimeter lang), een vederlicht stukje metaal, een hoekje kokosmat, een reepje jute, een fluoriserend strookje schuurpapier en een kartonnetje met de vermelding dat bibliofiele edities van Tom Lanoye sinds 1997 exclusief door Boekhandel De Slegte worden verspreid. Oh ja, er rolde ook nog een boekje uit met de betekenisvolle titel "HET MOET NIET MOOI WORDEN".

Tom Lanoye en ontwerper Huug Schippers (van Studio Tint) zijn geslaagd: mooi is het niet. Fascinerend is het wel. De materialen die uit het diepvrieszakje rolden, vormen een aardige doorsnee van de materialen die in de loop der jaren voor de bibliofiele uitgaven van Tom Lanoye zijn gebruikt. Neem nu de kokosmat. Voor de luxe–editie van zijn trilogie over de droeve toestand van België, "Het goddelijke monster", gebruikte hij dit materiaal voor de band. Want, zo zegt Lanoye, "omdat men zijn voeten afveegt aan België". De knoeperd van een spijker is verwerkt in de luxe–editie van "De schoonheid van een Total loss". Die is bedoeld om de minder stevige band bijeen te houden. Vorm en inhoud hebben bij deze edities samen betekenis.

"HET MOET NIET MOOI WORDEN" is uiteraard een pleidooi voor de anti–bibliofilie. Voor de schrijver gaat het in hoofdzaak om de inhoud, de vorm is bijzaak. Bibliofielen bekommeren zich veel minder om de inhoud. Voor hen is een fraai buitenwerk vaak belangrijker dan een boeiende binnenkant. Perkament, leer, luxe drukwerk, nummers en signaturen zijn voor de bibliofiel de punten waarop een boek kan scoren. Wat dat betreft is Lanoye succesvol: hij scoort weinig punten. Het boekje is een klein, geniet "floddertje" zonder enige franje.

Bij de luxe–edities van Tom Lanoye speelt schoonheid sec misschien niet echt een rol meer maar begeerte nog wel. Verzamelaars zijn nu eenmaal geïnteresseerd in nummers en signaturen. Het idee van exclusiviteit is bepalend. Het genummerde en gesigneerde diepvrieszakje zal daarom waarschijnlijk toch wel in speciale kasten of vitrines belanden. Maar daar zal de NV Lanoye vast geen moeite mee hebben. De woorden zijn gesproken, het beeld is ontstaan. En voor de échte liefhebbers van zijn werk zijn er nog altijd de paperback´s en pockets, in Tom Lanoye's eigen woorden, die "[...]gebruiksvoorwerpen, literaire hamburgers, democratie"!

Links bij dit artikel: