cadoc.nl, boeken over kunst, fotografie en vormgeving (en nog veel meer)
Ik, Tokyo – Jacob Aue Sobol
Vrijdag 13 maart 2009

De beelden die Jacob Aue Sobol van Tokio en haar inwoners heeft gemaakt, roepen bij mij associaties op met harde muziek. De grofkorrelige, zwart–wit foto´s die veelal close–up zijn genomen, komen vaak ongemakkelijk dichtbij. De beelden werken op mij claustrofobisch, je wilt er het liefst aan ontsnappen maar op de één of andere manier blijf je bladeren. Het is deze tweestrijd die het boek "Ik, Tokyo" van Jacob Aue Sobol zo fascinerend maakt.

Onbereikbaar.

Tokyo (sic) en zijn inwoners leken onbereikbaar, en toch voelde ik me aangetrokken tot de compacte en begrensde realiteit van de metropool. Mijn gevoel van isolement en eenzaamheid was echter overdonderend; ik móést er iets op vinden om dat te veranderen. Ik besloot mijn zakcamera mee te nemen naar de straten en de parken. […] Ik wilde mensen ontmoeten, ik wilde deel uitmaken van de stad, ik wilde me Tokyo eigen maken.

Dat schrijft Jacob Aue Sobol over de reden waarom hij deze stad en haar bewoners is gaan vastleggen. Voor een boek over de stad Tokio, komt deze erg weinig in beeld. Hier en daar vang je een glimp op van deze miljoenenstad. Maar het zijn geen beelden waar je vrolijk van wordt. De stad lijkt hard en onpersoonlijk, overal snoeren en afval, buizen en verval. We zien des te meer de inwoners van Tokio. En daar is iets geks mee aan de hand. In zijn verklaring over het hoe en waarom van deze fotoserie, schrijft Jacob Aue Sobol dat hij maar moeilijk contact kreeg met de bevolking en dat wel graag wilde. Toch lijkt hij de mensen van zeer nabij te hebben gefotografeerd, op het intieme af. Hoe valt dat te rijmen?

In een enkel geval is het duidelijk dat de geportretteerde liever wat meer afstand had gezien. Deze man kijkt argwanend in de lens van de fotograaf. Van hem en enkele anderen is duidelijk dat hij het ongewenste slachtoffer is van de fotograaf. Anderen kijken daarentegen bijna smachtend in de camera. Wat is hun verhaal? Sommige hebben zich, letterlijk, helemáál bloot gegeven voor de fotograaf. Het verhaal en de beelden van de fotograaf lijken in tegenspraak met elkaar.

Tegenstellingen.
Eigenlijk straalt het hele boek tegenstellingen uit. Het lijkt er ook op dat bij de samenstelling van de volgorde van de beelden bewust is gewerkt aan een soort van visuele achtbaan. De afwisseling van beelden, de diversiteit in compositie van de beelden en het gebrek van een context waar je ze in kunt plaatsen zorgen ervoor dat je ogen geen moment rust hebben. Je wordt gedwongen om te blijven kijken en je telkens af te vragen wat je ziet en waarom.

Jacob Aue Sobol schrijft in het nawoord dat hij in een wereld terecht is gekomen die hij niet kende en geen verstand van had. Je zou kunnen zeggen dat je de wereld om je heen dan voor het eerst moet gaan ontdekken. Je ogen zijn nog niet gewend aan alle nieuwe indrukken. Ze schieten van links naar rechts, onder naar boven, van scherp naar onscherp. Deze ontdekkingstocht is bij Jacob Aue Sobol zichtbaar geworden. De structuur en focus die een geoefende kijker in een voor hem/haar bekende omgeving heeft, ontbreekt. De beelden die je voorgeschoteld krijgt, zijn van begin tot eind doorspekt met chaos, speelsheid en irrationaliteit.

Hypnotiserend.
Het is verleidelijk om het werk van Jacob Aue Sobol te vergelijken met dat van Anders Petersen. Zeker na mijn recente bespreking van Petersen´s "frenchkiss" dringt zich de vraag op hoeveel stijlovereenkomsten er zijn. Beide bedienen zich van dezelfde donkere, grofkorrelige beelden en beide zoeken dezelfde sociale omgeving op. Maar zoveel te meer je kijkt, zoveel te meer verschillen je ziet. De kracht van Jacob Aue Sobol´s "Ik, Tokyo" zit hem in de combinatie van krachtige beelden en de volgorde waarin deze beelden zijn geplaatst. De intensiteit en het ritme van dat hierdoor is bereikt, werkt hypnotiserend. De beelden blijven nawerken lang nadat je het boek het dichtgeslagen.

Jacob Aue Sobol
Ik, Tokyo
160 bladzijden
Prijs € 39,99
Uitgeverij Metz & Schilt
ISBN 978–90–5330–655–0
Verschenen oktober 2008
Links bij dit artikel: