Tom Claassen
Donderdag 19 maart 2009

Ze lijken klein en aaibaar. Hun knuffelgehalte is uitermate hoog. Tot je ze in het echt ziet. Dan blijken ze gigantisch te zijn. En hard. Ik heb het over de beelden van Tom Claassen. Iedere keer als ik uit het hoge noorden naar het Westen rij, kom ik een setje van zijn beelden tegen langs de A6 bij Almere. Een groepje olifanten die onverstoorbaar staan te zijn. Alsof ze hun territorium hebben afgebakend en tegen het langsrazende verkeer willen zeggen: "Je doet maar wat je wil: deze ruimte is van mij". Dat claimen van de gegeven ruimte blijkt een constante te zijn, zo wordt duidelijk in het recent verschenen boek "Tom Claassen".

Kwetsbaar
Het is eigenlijk not done voor een beetje moderne beeldhouwer: herkenbare beelden van dieren maken die ook nog eens vertederende gevoelens oproepen bij het grote publiek. Die gevoelens zijn eenvoudig verklaarbaar. De beelden die Claassen maakt, doen mij in ieder geval nog het meest denken aan stevig opgevulde knuffeldieren. Alleen dan binnenstebuiten gekeerd waardoor de stiknaden zichtbaar worden. Dat maakt deze knuffeldieren alleen nog maar meer ontwapenend, immers je ziet waar de verschillende vlakken van het beeld aan elkaar zijn gezet om zo een volume te vormen. Je ziet als het ware waar ze het meest kwetsbaar zijn.

Tom Claassen: Sitting Men (brons, 2000)
Tom Claassen: Sitting Men (brons, 2000)

Volume en vorm
Claassen lijkt nog het meest met volume te spelen. Meer nog dan met de vorm. Die heeft hij vaak teruggebracht tot een soort oervorm. Een absoluut minimum waarbij het verbeelde nog net als zodanig is te herkennen. Ze zijn door de ruimte die ze innemen zeer nadrukkelijk aanwezig. Of het nu gaat om de olifanten langs de A6 (7 meter diep, 7 meter hoog en 11 meter lang), de zittende mannen in de vertrekhal van Schiphol of de mol in Best (8 meter hoog!).

Het materiaal waarmee Claassen werkt, lijkt in contrast met de indruk die ze wekken. Zacht, aaibaar, plooibaar. Dat zijn de woorden waarmee je een groot aantal beelden van Claassen zou kenschetsen als je niet beter zou weten. In werkelijkheid bestaan de beelden vaak uit het klassieke beeldhouwmateriaal brons. Of beton. Of aluminium.

Ruimte claimen.
Het is niet alleen hun formaat waardoor ze de indruk wekken hun ruimte te claimen. Ze "zijn". Het heeft iets eigenzinnigs. Neem nu het nijlpaard dat hij heeft gemaakt op IJburg. Deze claimt zelf zijn eigen ruimte door een stuk van de kade af te snoepen. Hier heeft het beeld letterlijk de ruimte genomen. Maar ook op andere locaties geven de beelden van Claassen die indruk. Ze zijn er. Alsof ze er altijd al waren. Alsof ze er niet over denken om ergens anders heen te gaan.

Tom Claassen: Nijlpaard (polyurethaan, 2004)
Tom Claassen: Nijlpaard (polyurethaan, 2004)

Liefdesjunk
In het boek is een heerlijk verhelderend interview met Tom Claassen opgenomen. Hans den Hartog Jager vroeg Tom Claassen over zijn overwegingen bij zijn ontwerpen. Het antwoord is ontwapenend. Claassen geeft aan dat zijn werk niet losstaat van het publiek dat er (dagelijks) mee in aanraking komt.

[...] Er zit iets behaagzieks in mij. Ik wil mensen een plezier doen. Wat geven. Als ik alles heel dun doe, heel formeel, dan geef ik niet veel. [...] Ik wil dat het [beeld] blijft staan. Dat mensen er plezier aan hebben.

Het is wat te gemakkelijk om Tom Claassen af te doen als een liefdesjunk die alles doet om zijn publiek en opdrachtgevers te behagen. In hetzelfde interview laat hij weten dat beeldhouwen voor hem telkens weer een zoektocht is naar de juiste vorm, het gewenste volume en een passende constructie. Dat is de zoektocht van een beeldhouwer, niet van een entertainer. Materiële aanwezigheid. Daar gaat het om. Aldus de beeldhouwer zelf.

Tom Claassen: Liggende Man (2006)
Tom Claassen: Liggende Man (2006)

Beeldenroute
Ergens in het boek wordt gesproken over een 'beeldenroute Tom Claassen'. Dat lijkt me een geweldig idee. Helaas is deze route er nog niet. Eén van de problemen is vast het grote aantal beelden van Claassen. Hij is zo verschrikkelijk gevraagd en productief dat zijn beelden door heel Nederland verspreid staan. Tot de concrete uitwerking van een dergelijke beeldenroute een feit is, kunt u voor een zo compleet mogelijk overzicht gebruik maken van dit boek. En dat is bepaald geen straf. De beelden zijn prachtig weergegeven en in veel gevallen is om de schaal van de beelden in te kunnen schatten een bekend object met een herleidbaar grootte mee afgebeeld. Ondanks dat maakt het boek je toch nieuwsgierig naar de beelden in het echt. Veel meer mag je van een boek toch niet vragen?

Hans den Hartog Jager (en anderen)
Tom Claassen
112 bladzijden
Prijs € 24,50
NAi uitgevers
ISBN 978–90–5662–645–7
Verschenen januari 2009
Links bij dit artikel: